Opinionated

Als je gruwelt van stukjes in je eten

Adeline houdt van eten, veel en vaak, en zowel thuis als er buiten. Nu gaat dat vaak goed, maar soms ook niet. Als ze stukjes, hompen of brokjes in haar eten aantreft bijvoorbeeld.

Foto van culinair journalist Adeline Mans

Smulpaap (da’s de lieve vertaling van vreetzakje) als ik ben, verheug ik me eigenlijk op alles waar eten bij betrokken is. Zo eet ik me altijd een weg door de feestdagen, want dat is toch een aaneenrijging van het lekkerste wat vrienden en familie in huis hebben. Bij elk maal kan mijn Levi’s net een knoopje minder dicht. Maar er is één gang waar ik van op de vlucht sla.

De horror: stukjes in je eten

Paté met stukjes

Alleen bij de gedachte aan het voorgerecht op kerstavond zou ik kerst af willen lassen. Ik vertel voor de lieve (familie)vrede even niet bij wie ik meestal op kerstavond eet, maar ik ga wel het voorgerecht even voor je ontleden, want dat is zo grof dat het daadwerkelijk ontleedbaar is. Het is paté. Wildpaté. Met de typische wildsmaak. Huisgemaakt wildpaté met wildsmaak. En stukjes. Gat-ver-dam-me.

Structuurstress

Naast het mondgevoel van papieren rietjes en een mes, vork of lepel van hout ben ik ook gevoelig voor de structuur van eten. Eigenlijk vind ik alles wat afwijkt van een ‘normaal’ kauwproces ranzig. Neem nou doperwten, want ik maak geen onderscheid tussen gezond en ongezond als het om structuur gaat. Ik weet dat de hele wereld dit goddelijk vind met een goede klodder mayonaise ter begeleiding. Maar dat je dan zo’n hap kleine bolletjes neemt en dat dit dan knapt bij het kauwen. Gat-ver-dam-me. Pureer de groene vrienden en ik heb trouwens nergens last van. Net als bruine bonen. Sowieso al niet echt favoriet, maar het feit dat je eerst een beetje kracht moet zetten voor een boon en dat je daarna veel te snel verzand in weeïgheid klopt niet.

Het is zelfs wetenschappelijk onderzocht door het Duke Medical Center. Structuur is mínstens zo belangrijk als smaak. Ik stel me niet aan, het is daadwerkelijk een aandoening, alleen heeft het nog geen naam. Daarom dopen we het bij deze tot structuurstress. Fysiek stress ervaren door de structuur van voedsel. Klinkt lekker, toch? Of nou ja… Je snapt me.

Harde stukjes en vette hompjes

Mijn wederhelft schuift altijd hikkend van het lachen van zijn stoel af bij mijn gezicht als de wildpaté weer op tafel komt. Ik benader het ook minutieus van alle kanten (alsof dat helpt), met een beetje geluk ligt er ook nog een puntje fijngemalen paté op mijn bord wat ik dan probeer weg te werken met brood, maar met een beetje pech (wat vaker het geval is) heeft de paté nog zo’n stootrand van gelei ook. Dan heb je dus harde stukjes, vette hompjes en om het af te maken gelei dat door je mond heen spoelt. Want wat je ook probeert, gelei takes over eigenlijk alles wat je eet. Zelfs hompjes en brokjes.

Voor je kiezen

Naast paté met stukjes hou ik dus ook niet van ossenworst met diezelfde stukjes, worst waarvan de maling te grof is, yoghurt met brokjes (gat-ver-dam-me), zeen (maar dat is weer van een heel ander kaliber vies natuurlijk), soep of saus waar gemakshalve de helft maar van gepureerd is en kikkererwten en linzen. Die laatste rakker kreeg ik gister nog voor mijn kiezen, dat je nietsvermoedend een hap salade neemt en ineens een linze (?) te pakken hebt.

Ach, laten we het er maar op houden dat ik een gevoelige eter ben. Of een zeikerd, ook goed. Maar het bestaat toevallig wel, structuurstress.

Lees ook:

 

Geen foodnews Missen?