De koning van de zomer
De aardbei: het ultieme zomerfruit. Moet je ‘m alleen wel op het juiste moment eten, zorgen dat ‘ie goed op temperatuur is en hij moet van het beste ras zijn. Daarom, alles wat je wilt weten over de aardbei.
De plant
De aardbeienplant komt uit de rozenfamilie. Aardbeien worden ook wel zomerkoninkjes genoemd. Het is de enige vrucht met de zaadjes aan de buitenkant. De aardbei is dan ook strikt genomen geen vrucht maar een zogenaamde schijnvrucht (de zaadjes aan de buitenkant zijn de eigenlijke vruchten).
Telen en oogsten
Aardbeien groeien het best als het niet té warm is, maximaal 22 graden. Omdat de vruchten kwetsbaar zijn, moeten ze met de hand worden geplukt. Als je ze machinaal oogst, kneuzen de vruchten snel en gekneusde varianten rotten sneller.
Seizoen
Het seizoen loopt grofweg van half mei tot september. Van oktober tot mei worden er ook veel aardbeien verbouwd, maar dan in een kas. De aardbeien die je in het seizoen koopt, zijn zoeter, sappiger en dus lekkerder als je het ons vraagt. Bovendien zijn ze veel goedkoper.
Voedingswaarde
Een aardbei zit vol vezels, vitamine C en folaat (vitamine B11). Allemaal goed voor je.
Top drie aardbeirassen
1. Lambada. Een grote naam in aardbeienland. En niet voor niks, deze soort is groot en heel zoet (mits goed rijp natuurlijk). Hij rijpt relatief vroeg; in mei kan de Lambada worden geoogst.
2. Korona. De vruchten van deze plant zijn zacht en smeuïg. De smaak is intens, een explosie in je mond. Lekker in je Corona.
3. Mara des bois. Kleine aardbeien, dieprood van kleur. Ze zijn friszuur en ruiken naar bosvruchten. De vruchten zijn vrij zacht, dus je moet heel voorzichtig met ze omgaan.
Welke soort je ook koopt, als je de aardbeien wilt wassen, was ze dan heel voorzichtig en met het steeltje er nog aan – anders zuigt de vrucht zich vol met water en verliest ‘ie zijn smaak. Zorg daarnaast dat ze goed op temperatuur zijn, als ze net uit de koelkast komen zijn aardbeien te koud. De smaak gaat zo verloren.
Hoe herken je kwaliteit?
De grote en de kleur van de aardbei zeggen weinig over de kwaliteit. Tuurlijk, een half groene aardbei is nog niet rijp en dus niet lekker. Maar een rijpe aardbei kan altijd van goede kwaliteit zijn – of ‘ie nou klein of groot, lichtrood, paarsig of dieprood is. Eigenlijk geldt er maar één gouden regel: koop ze in het seizoen. Dan zijn ze het lekkerst.
Bewaren
Je kunt aardbeien het beste koel bewaren als je ze niet gelijk opeet. In de koelkast blijven ze ongeveer drie dagen goed. Haal ze uit het doosje en leg ze naast elkaar op een onafgedekt bord, zo voorkom je dat de koningen gaan kneuzen of schimmelen.
Je kunt aardbeien ook invriezen, stal ze dan op dezelfde manier uit op een plat bord en schuif het bord voorzichtig in de vriezer. Als de aardbeien eenmaal bevroren zijn, kun je ze in een zakje in de vriezer bewaren (scheelt ruimte). Op deze manier blijven ze minstens acht maanden goed. Ze verliezen wel wat smaak; wij zouden ze na ontdooien gebruiken voor smoothies of om jam van te maken – als je ze los wilt eten, koop dan gewoon verse.
Haal nooit de kroontjes van een aardbei af tot vlak voor het moment dat je ze in je mond stopt. Zonder kroon verliezen de zomerkoninkjes heel snel veel vocht en smaak.
Tip voor de echte fan
: ga naar Het Aardbeienland in Horst aan de Maas, een aan de aardbei gewijd pretpark met een zelfplukveld en een aardbeienmuseum.