Wat is Beaujolais Nouveau voor wijn en waarom is het zo populair?
Nederlanders zijn dol op de kersverse Beaujolais-wijn; beter bekend als Beaujolais Primeur of Beaujolais Nouveau. Deze wordt jaarlijks – op de derde donderdag van november – op de markt gebracht. De allereerste wijn van het nieuwe oogstjaar is hier zelfs zó populair dat we de derde grootste Beaujolais Primeur-drinkers ter wereld zijn. Alleen de Fransen zelf en onze Duitse buren drinken meer van dit vrolijke jonge sap. Maar hoe wordt deze bijzondere wijn eigenlijk gemaakt? En hoe is die feestdag ontstaan?
Beaujolais Nouveau dag
Met veel marketing bombarie omgeven, is dit de dag dat deze zogenaamde primeur wijn wordt vrijgegeven op de markt. Precies om één over twaalf. Beaujolais Nouveau is een jonge wijn die een paar weken na de oogst al in de schappen ligt. Ooit ontstaan als drankje voor de wijngaardwerkers om het einde van de oogst te vieren. Vervolgens uitgemond in een race welk wijnhuis haar jonge wijn zo snel mogelijk aan Parijse bistrots kon leveren. Vanuit hier verspreidt de populariteit van Nouveau-wijn zich over de hele wereld. De fruitige, lichte, frisse rode wijnen die doen denken aan aardbeienjam en verse framboosjes zijn nog altijd razend populair.
Maar van welke druif wordt Beaujolais Nouveau gemaakt en hoe kan het zo snel in de fles belanden?
Gamay druif
Het gebied Beaujolais begint ongeveer tien kilometer onder Macon en strekt zich uit over ruim vijftig kilometer richting Lyon in het zuiden. Op het heuvelachtige, lieflijk stukje platteland groeit een druifje, fris, sappig en vol joviaal fruit: gamay. Het is de typische Beaujolais-druif die voor de bekende lichte Beaujolais Nouveaus zorgt. in de Beaujolais zijn ze apetrots op hun gamay-druif. Maar het fruitige druifje is niet altijd omarmd. In 1395 werd-ie zelfs verbannen uit de Bourgogne, een Bourgondische Hertog vond het een ‘een zeer slechte en disloyale plant’. Juist omdat de druif hier nagenoeg overal dezelfde is, valt of staat de wijn bij het bodemtype.
Bodemtypes van Beaujolais
Beaujolais kent twee zeer verschillende soorten terroirs. Het zuidelijke gebied – en grootste van de streek – bestaat uit weelderige ronde heuvels, waar op klei-/kalksteenbodems twee appellations worden geproduceerd: Beaujolais en Beaujolais-Villages. Hier komen de lichte en fruitige rode Beaujolais Nouveau-wijnen vandaan die je jong moet drinken. Met zijn glooiende heuvels en huizen gebouwd van goedkleurige stenen (pierres dorées), wordt dit gebied ook wel het Toscane van Frankrijk genoemd.
Wil je meer diepgang, verfijning en kracht? Koop dan één van de 10 cru’s. De cru’s liggen in het noorden van de Beaujolaisstreek en de bodem bestaat hier voornamelijk uit leisteen en graniet. De stokken die hierop groeien geven krachtige en elegante wijnen met een breder aromatisch palet.
De Cru’s van Beaujolais
Van noord naar zuid zijn dit de tien cru’s die je kennen wil: Saint-Amour, Juliénas, Chenas, Moulin à Vent, Fleurie, Chiroubles, Morgon, Régnié, Brouilly en daarbinnen Côte de Brouilly. Onthoud deze namen, want dit zijn de neusjes van de zalm. Wijnen die ook potentieel hebben om te ouderen. Elke cru heeft zijn eigen karaktertrekjes, meegegeven door ‘terroir’-factoren als klimaat, bodem en hoogte. Zo is een Fleurie licht, elegant, vrouwelijk, bloemig en rijp-fruitig, terwijl een wat op leeftijd zijnde Morgon eerder mannelijk en aards is, meer als een Pinot Noir.
De cru’s zijn geliefde wijnen bij sommeliers, van driesterren tent tot bistro. Bejubeld om zijn frisheid, fruitigheid en doordrinkbaarheid. Bovendien is het een mooi, meer betaalbaar alternatief voor Bourgognes.
Macération carbonique
Terug naar Beaujolais Nouveau. De extreem korte van-druif-naar-schap-tijd vereist een speciale techniek; de ‘maceration carbonique’. En dat gaat als volgt. Gamay-druiven worden met de hand geplukt, zodat de druiventrossen zo min mogelijk kneuzen. Na de oogst worden de trossen meteen in grote vaten van cement of rvs gedaan. De onderste druiven (ongeveer 10% tot 30%) worden door het gewicht van de andere druiven geplet. Deze geplette druiven beginnen te gisten. Tijdens het gistingsproces komt er koolzuurgas vrij, waardoor de bovenste druiven in het gas terechtkomen. Door het koolzuurgas gisten die druiven in de schil. Als de druiven van goede kwaliteit zijn, is het de ideale manier om al het mooie uit gamay te halen: kleur, fruit, zuren, een afgepaste hoeveelheid schiltannine en zo min mogelijk groene tannine van de steeltjes.
Het resultaat: vins de plaisir! Lekker bij charcuterie, droge worstjes, gegrilde kip en paté.
Lees ook:
