Opinionated

Mensen, wat is er aan de hand met de Amsterdamse horeca?

Adeline (roepnaam: Eddie) houdt van eten, veel en vaak, en zowel thuis als er buiten. Nu gaat dat vaak goed, maar soms ook niet. In de serie Eddie’s eetergernissen lees je dat laatste. Dit keer wil ze het even hebben over de Amsterdamse horeca.

Foto van culinair journalist Adeline Mans

Ik belde om tien uur ’s ochtends of er heel (heel heel) misschien die doordeweekse woensdagavond nog een plaatsje beschikbaar was om te komen eten. De vrouw aan de andere kant van de telefoon verslikte zich in haar matcha. Ze riep met een heel hard Nieuw-Amsterdams accent door de telefoon: “Uuuuuuh, nee nee nee. Dat kan écht niet meer. We zitten helemaal vol.” Ze had me net zo goed gewoon kunnen vragen of ik vanmorgen keihard op mijn achterhoofd gevallen was, want zo klonk het.

Borden op tafel pleuren

Ook zoiets. In Amsterdam draait het ook allang niet meer om het eten, maar om het concept van een restaurant. Wat er uit de keuken komt mag gerust armetierig zijn, als het concept maar voor de in-crowd is. Ik hoorde net nog iemand zeggen over Barracuda in Noord: “Het zijn eigenlijk gewoon tafels neergegooid in een grote hal, maar het is zo’n leuk concept”. Ik kon mezelf niet helpen en googelde toch meteen even wat Barracuda dan precies was. Eerlijk? Ik vermoed dat ik het concept zelf ook wel kan waarderen.

Ronduit schofterig

Mensen, wat is er aan de hand met de Amsterdamse horeca? Iedereen wil en masse bij hetzelfde tentje eten waar ze een bepaald concept hebben en de bediening ronduit schofterig is. Het lijkt een soort gevraagde skill set te zijn bij een sollicitatie. Onbeleefd doen, gedesinteresseerd zijn, gasten weg kunnen kijken en net iets te hard borden op tafel pleuren. Leuk als je bij Karen’s Diner gaat eten, maar anders zeker niet.

Buiten de ring

En eten Amsterdammers nog weleens ergens een hele avond? Dat je op het onmogelijke tijdstip van zeven uur reserveert en tot tegen sluitingstijd blijft hangen? Zo ja, vertel me dan waar. Ik beland altijd bij van die etablissementen waar ze aan shifts doen. Dat betekent óf kakstrak om zes aan tafel en rond kwart voor acht wegwezen óf met stevige trek pas na achten aan tafel. Allebei zeer onbevredigend. Ik wil avondvullend amusement. Ik wil spontáán reserveren. Ik wil een normale stoel en niet van die krakkemikkige krukjes waar je het maar twee drankjes op uithoudt. Ik wil een ober die zonder dédain met de neus richting plafond vraagt wat ik wil eten.

Oprecht lieve ober

Doordat de Amsterdamse medewerker van een niet nader te noemen restaurant geen plek meer had belandde ik trouwens met mijn boekenclubje bij Mana Mana in Amsterdam-West. Hier troffen we misschien wel de laatste lieve en oprechte ober in de Amsterdamse horeca. Nog even een shout-out naar hem. Ik waande me gewoon even buiten de ring.

Lees ook:

 

Geen foodnews Missen?

Ontvang een update in je inbox