Ricotta maken met drie ingrediënten

Thuis ricotta maken is zo makkelijk, dat je vanaf nu geen reden meer hebt om het niet te doen. En het is echt duizend keer lekkerder dan dat spul dat je bij de supermarkt haalt. Geloof me, dit wil je zo uit de kom oplepelen.

Ik haal m’n neus heus niet op voor supermarktproducten, maar ricotta uit zo’n bakje vind ik ronduit smerig. Het is korrelig en droog en prima om door cakebeslag te roeren of als raviolivulling te gebruiken, maar daar houdt het op. Als ik in Italië ben, kan ik niet ophouden met ricotta eten. Daar is het romig en jiggly, bijna custardachtig, en soms zelfs nog warm. In Amsterdam heb ik nog nooit een plek gevonden waar je verse ricotta kunt halen (mocht die er wel zijn, vertel het met alsjeblieft), dus zit er maar een ding op: zelf aan de slag.

Kaasdoek

Ik denk dat ik al twee jaar geleden een kaasdoek heb gekocht, met de intentie om mijn eigen ricotta te maken. Ik wist hoe het moest en dat het niet moeilijk was, maar toch voelde het als een enorm project waardoor de kaasdoek veel te lang in de verpakking bleef. Maar net zoals met de meeste recepten: zodra je het de eerste keer hebt gemaakt, merk je hoe makkelijk het is en maak je het ineens de hele tijd. Nou ja, dat is in ieder geval hoe het bij mij werkt.

Hoe dan?

Dus echt: maak het. Het enige dat je in huis hoeft te halen is melk, citroen of azijn, zout en een kaasdoek. De melk verwarm je samen met het zuur en het zout tot het begint te schiften. Giet het geheel in een met de kaasdoek beklede zeef en na 30-60 minuten heb je ricotta. Ik gebruik dit recept, en dat lukt altijd. Hoe vet als je tegen je gasten kunt zeggen dat ze ze huisgemaakte ricotta aan het eten zijn? Als je dit voor een date maakt, zit je meteen gebakken hoor. Hoe langer je de ricotta bewaart, hoe meer vocht eruit loopt, dus eet hem binnen 1-2 dagen op.