Limburgse vlaai vanaf nu beschermd: wat houdt dat in?
Grote kans dat je wel eens een (stukje van) Limburgse vlaai hebt gegeten, of er in ieder geval van hebt gehoord. Maar mocht je een liefhebber zijn, dan weet je ook: er zit véél verschil in alle vlaaien. De allerbeste haal je natuurlijk in een bakkerij, maar soms ga je nog wel eens de mist in met een exemplaar uit de supermarkt. Hopelijk wordt dat steeds meer verleden tijd, want er zijn scherpere regels gesteld voor het verkopen (en maken) van de Limburgse vlaai.
Dat werd gedaan uit initiatief van Nederlands- en Belgisch Limburgse bakkers, die hier scherper toezicht op wilden hebben — en dat is gelukt!
Niet alle vlaaien mogen Limburgse vlaaien genoemd worden
Een harde eis is nu bijvoorbeeld dat een Limburgse vlaai daadwerkelijk in Limburg gemaakt moet worden. Net zoals champagne alleen zo mag heten als het in de gelijknamige streek wordt gemaakt. Ook moet het een ronde taart zijn, die vers is, goudgebakken en een diameter heeft tussen 10 en 30 centimeter. Ik gok dat veel hedendaagse vlaaien al afvallen bij het ‘verse’ gedeelte…
Want dat nemen ze nu heel serieus: de Limburgse vlaai mag na het bakken niet meer ingevroren worden, anders is het zijn naam kwijt. Maar er zijn meer eisen: de bodem moet van gistdeeg zijn en mag — na het bakken — maximaal één centimeter dik zijn. Ook is het van belang dat je een punt zo uit de hand kan eten, maar dat lijkt me nog de makkelijkste maatregel om je aan te houden.
Strikte ingrediëntenlijst
Geen gekke frutsels met de Limburgse vlaai zoals we honderden varianten van de tompouce zien; de Limburgse vlaai moet voldoen aan de standaard ingrediëntenlijst en als je daarmee gaat experimenteren, ben je gewone vlaaien aan het verkopen in plaats van de Limburgse. De vulling moet namelijk bestaan uit fruit, rijstpap, crème, griesmeelpap, verse kaas, suiker en/of eieren.
BOB
De Limburgse vlaai mag zich nu tot het rijtje voegen met andere producten die een Beschermde Oorsprongsbenaming (BOB) hebben, zoals Noord-Hollandse Gouda, Noord-Hollandse Edammer en Boeren-Leidse kaas. Maar ze horen per 22 januari (want dan gaan deze regels in) ook bij het lijstje van Gegarandeerde Traditionele Specialiteit. En daar staan al producten in als Boerenkaas, Basterdsuiker, Hollandse Nieuwe en Suikerstroop; producten die op een bepaalde manier gemaakt/geproduceerd/verkregen moeten worden willen ze zo genoemd mogen worden. Toch een best mooi lijstje, en volledig terecht dat de Limburgse vlaai er nu bij staat — grijpen wij ook nooit meer mis naar een onsmakelijk exemplaar.
Bakkers waren hier overigens al een tijd mee bezig: anderhalf jaar geleden maakten ze bekend hiermee aan de slag te gaan en het is eindelijk gelukt. Hulde!
Lees ook:
- Next level multivlaai
- 7 redenen om snel een weekendje Maastricht te boeken
- Limburgse asperges in Amsterdam
Bron: NU.nl