Zondag 5 april; de dag dat de Amsterdamse horeca collectief nat zou gaan
Zondag 5 april was DE dag. De eerste warme, zonnige zondag van het jaar en dus de dag dat Amsterdams horecapersoneel de drukte volledig zou onderschatten en elke zaak met een terras collectief nat zou gaan. Wat was ik gisteren verdrietig, dat we die eerste mooie dag op het terras met z’n allen hebben moeten missen. En wel hierom:
De kriebels
Het begint altijd zodra je opstaat. De kriebels. Je hebt het weerbericht in de gaten gehouden, je weet dat het een mooie dag wordt. In één soepele beweging spring je je bed uit, trek je voor het eerst dat jaar je korte broek aan en fiets je met gezonde spanning in de zon naar je werk: “Ik kan dit. Ik ben er klaar voor”, gaat er de hele weg door je hoofd.
500 cappuccino’s in 5 minuten
Maar al vlug gaat het mis. Want jij bent niet de enige die vroeg wakker is geworden. Wanneer je de eerste terrasstoel op het zonnige terras hebt gezet zitten er al mensen. Het is 10:01 ‘s ochtends, je deuren zijn net open, en 15 mensen op je terras willen allemaal wakker worden met ingewikkelde cappuchino’s, lattes en flat whites. En daar ga je: je loopt na 5 minuten al achter de feiten aan.
Nat gaan
Je collega komt om 11:00 uur, maar dat is eigenlijk al te laat. Heel Amsterdam trekt eropuit vandaag en daar kunnen jij en je collega, oh wacht, ze moest nog ingewerkt worden?!, niet zoveel tegen beginnen. Alles gaat mis. De keuken kan alle lunchbonnen niet aan: gescheld en geschreeuw in de keuken als gevolg. Om 12:00 uur worden de koffies ingewisseld voor speciaalbier, Bloody Mary’s en Aperol spritz. De vele biertjes die je tapt staan op de bar dood te gaan omdat je collega op het terras nog steeds bestellingen op staat te nemen; de ijsmachine houdt het niet bij; er zijn te weinig citroenen; je hebt om 14:00 uur al 3x de koelkast bijgevuld en als nog één gast een verse jus bestelt dan overweeg je in zijn glas te spugen. Alsof je nu tijd hebt om jus te persen! Ondertussen probeer je al je collega’s te bereiken, met de telefoon tussen je oor en schouder geklemd tap je je biertjes. Niemand neemt op, dan maar in de appgroep: “iemand moet NU komen! We gaan nat!”
De zon-gierige gasten
En dan de gasten. Op de eerste zonnige terrasdag zijn de Amsterdamse horecagasten op zijn zachtst gezegd, tja…een beetje ongeduldig. Het gevoel van “we mogen weer” is door de stad voelbaar en als je dan al een plekje in de zon bemachtigd hebt dan wil je natuurlijk ook een koud biertje. En snel een beetje! Het is immers pas 5 april dus de zon is in no time weer weg. De zon is heilig en deze wordt dan ook gevolgd. Zit je even in de schaduw van een lantaarnpaal maar je ziet een plekje vrijkomen? Snel! Verplaatsen! Waardoor je arme collega die voor het eerst terras loopt al helemaal niet meer weet waar ze mee bezig is. Heel braaf vertel je je terrasgasten dat ze wel moeten smeren “want de zon is verraderlijk fel vandaag” maar daar heb je zelf natuurlijk geen tijd voor, dus aan het einde van de dag loop je er zelf bij als een overspannen tomaat.
Oorlogsgebied
Je komt deze eerste terrasdag door van minuut tot minuut. Tegen het einde loop je op je tandvlees. Wanneer dan om 18:00 uur de collega die je dienst overneemt fris en fruitig binnen huppelt, vervolgens vraagt of je de boel niet even strak had kunnen trekken, terwijl jij het gevoel hebt alsof je net uit een oorlogsgebied komt, dan ben je er helemaal klaar mee. Gesloopt. Je voeten doen pijn. Je hoofd is verbrand. Je hebt dorst. Het enige wat je door de dag heen trok was de gedachte aan je eigen eerste biertje in de zon. Maar ja. Het is pas 5 april; de zon is alweer weg.
We hebben het allemaal moeten missen gisteren. Man, wat verlangde ik gisteren naar mijn eerst dag nat gaan.
Lees ook: