Onze man in de provincie bereidt zich voor op Dry January
Hij at meerdere malen per week buiten de deur, was altijd op zoek naar de lekkerste haring, leukste wijn, sappigste hamburger of beste vleesthermometer. Maar een half jaar geleden verruilde journalist Marcel Langedijk Amsterdam voor De Provincie. Is het daar een beetje vol te houden voor een liefhebber van het betere eten en drinken? Jawel, maar blijf alsjeblieft van zijn champagne af.
Ik las dat Jeroen Krabbé in zijn vertolking als Sinterklaas ooit was geadviseerd een kogelvrijvest te dragen. Hij deed het niet, ‘want niemand schiet Sinterklaas dood’, maar het liet nog eens zien hoe absurd mensen zich de laatste jaren gedragen als het op dit kinderfeestje aankomt. Ik gun iedereen zijn of haar mening, maar alles waar ‘te’ voor staat is niet goed, zegt mijn moeder altijd, en ze heeft gelijk. De al te rabiate voor- en tegenstanders van zwarte Piet mogen wat mij betreft in een grote loods opgesloten worden om de boel voor eens en altijd uit te vechten. Met speelgoedknuppels, pepernotengevechten en wedstrijden marsepein-eten. Want voor wie kinderen in de gelovige leeftijd heeft, is het is ook zonder blokkeerfriezen en kickoutzwartepieters al lastig genoeg om Sinterklaas te overleven.
Een fopneus en pepernoten
Slapeloze nachten, te weinig of te veel cadeaus, suikeraanvallen, je wil het niet weten. Dus laten we bij wet vastleggen dat er volgend jaar alleen nog normale Pieten zijn, zonder vegen, zonder schmink. Gewoon buurman of -vrouw Henk, Sharon, Robby of Lucien in een mal, fluorpakje. Eventueel met een fopneus of een pruik. Ook hier in de provincie, alstublieft, want ze doen hier dus nog steeds aan volledig zwarte Pieten en ik geloof dat het enigszins normaal denkende deel van Nederland daar nu toch echt wel klaar mee is. Het interesseert die kinderen bovendien niks, want die willen pepernoten en een PlayStation 4.
The Game Changers
Je zou er van de weeromstuit een hekel aan krijgen, aan december. En dat terwijl het de beste wintermaand is, want wie in januari, februari of maart niet naar de tropen gaat, heeft een hoop ellende voor de boeg. Kou, regen, geen feestdagen, geen lekker eten en drinken. Vanaf begin 2020 moet er immers gelijnd worden. En wordt iedereen veganist, omdat ie naar ‘The Game Changers‘ op Netflix heeft gekeken – ik twijfelde ook even, maar hou het vooralsnog op heel weinig – vlees en vis kan ik niet laten staan. En, ja, natuurlijk, in 2020 moet de drankenkast ook eindelijk de deur uit, want net als van vlees en vis ga je van alcohol dood.
Sparkling Rosé
Om me daarop voor te bereiden kreeg ik van De Hoofdredacteur een paar flessen champagne opgestuurd. Zonder alcohol, that is. Het is een lief mens met een goed hart en fleurige kleding, die Hoofdredacteur, maar met dit soort geintjes maak je het leven van een freelancer er niet leuker op. Was het vies, dan, Marcel, vraag je je af? Nee, het was niet vies. De Sparkling Rosé werd door wijngoeroe Hubrecht Duijker zelfs als ‘echt lekker’ bestempeld. Nu ja, door zijn vrouw, maar hij schreef het toch maar mooi op, ergens op een website. Zo ver wil ik niet gaan. Ik zou het houden op ‘niet vies’. Maar dat is gesodastreamed kraanwater ook niet.
Het is goed bedoeld
Eén glaasje, uitgeschonken in een feestelijke flûte is prima binnen te houden en met een beetje moeite zou je er iets champagnerigs van kunnen fantaseren, maar na anderhalf glas speelt je maag op. Geldt ook voor de witte variant. Het is goed bedoeld, ziet er vrolijk uit, het is een stuk goedkoper (kleine zes euro per fles) en mijn moeder – die niet drinkt – vond het ook gezellig, maar ik vrees dat ik ook in 2020 af en toe een fles Pommery (perfecte prijs-kwaliteit) zal laten ploppen. Zolang het nog kan, want het is natuurlijk wachten op organisaties als Kick Out Alcoholvrijbier en de Blokkeerdrinkers.
Lees ook: