How to: in 2 stappen restaurantwaardige pasta
Hoe komt het toch dat je pasta thuis nooit zo perfect mengt met de saus als die in het restaurant? Simpel: je techniek. Maar geen zorgen, oefening en deze tips baren kunst.
Ben jij van de school: pasta koken, op het bord leggen, saus erover? Lees dan vooral verder want dan kan je deze tips goed gebruiken. Wat de pasta’s in restaurants namelijk zo lekker maakt is dat de verhouding pasta en saus precies goed is en er na het eten ervan nauwelijks nog saus op je bord ligt. De truc: je pasta samen met de saus koken.
Stap 1: de pasta koken
Pasta koken, hoe moeilijk kan het zijn? Nou, moeilijker dan je denkt. We koken onze pasta’s vaak namelijk te lang én – heel belangrijk – in een te kleine pan. Kookt het water, doe je de pasta erin en stopt de boel met bubbelen? Dan heb je teveel pasta in een te kleine pan gedaan. Het water moet opnieuw opwarmen, waardoor je het proces verlengt en de pasta slap wordt. Niet lekker. Om je een idee te geven: gebruik ongeveer 4 liter water per 500 gram pasta.
Heb je dat onder de knie en is je water met pasta lekker aan het borrelen? Zet een timer die twee minuten minder duurt dan de verpakking aangeeft voor ‘al dente’. Blijf iedere 30 seconden roeren zodat de boel niet aanbrandt. Want ja, ook dat kan.
Stap 2: de ultieme truc
Zodra de timer piept, giet je de pasta af in een vergiet, schud je het overtollige water eraf en doe je de pasta terug in de pan. Mocht je ooit geleerd hebben dat je je pasta moet afspoelen: Neen. Doe het niet.
Gooi de saus bij de pasta in de pan, voeg 60 ml kokend water toe en zet de pan weer op het vuur. Je snapt het waarschijnlijk al: je kookt de pasta de laatste twee minuten in de saus. Voeg zo nu en dan een eetlepel water toe als je denkt dat het nodig is, zodat de pasta de saus kan absorberen.
Het zetmeel uit de pasta werkt als een bindmiddel, waardoor water en vet aan elkaar worden gebonden en de saus perfect aan de pasta hecht. Et voilà: daar is je restaurantwaardige pasta.
Lees ook: