Dip de French Dip
Food editor at large Marjan Ippel is nog maar koud terug uit New York, of ze verneemt van de sensatie in de Big Apple die ze eigenlijk niet had willen missen: de French dip. Dat wordt snel weer teruggaan voor dit plots haute culinaire broodje warm vlees met jus.
Weet je nog dat je vroeger met een boterham door de juspan ging? Nou, precies dat. Maar dan fancy.
Hoewel de French of beef dip helemaal niet per se fancy begon. Het broodje warm rundvlees in een sloot jus ging juist de weg die vele in sandwichshops en diners geserveerde happen vóór hem al namen. Van low naar high.
Diner-klassieker
En nu staat die Amerikaanse diner-klassieker uit 1908 (of misschien wel 1918) op de menukaart van tout haute hip New York. Van vleespaleis Minetta Tavern tot nouveau bistro Dirty French.
De French dip lijkt op onze eigen klassieker, broodje warm vlees.
Inderdaad heeft de sandwich wat weg van onze eigen klassieker, het broodje warm vlees. Maar dan wel die met jus, niet die met pindasaus. Maar of er Nederlandse wortels zijn?
L.A.
De French dip is ontstaan in L.A., zoveel is duidelijk. Maar of nou Philippe of Cole de bedenker waren, en of dat in 1908 (Cole’s Pacific Electric Buffet) of 1918 (Philippe the Original) was? We zullen het waarschijnlijk nooit weten.
Zoals gebruikelijk met legendarische gerechten blijft erover geruzied worden. Frans is het broodje in elk geval niet. ‘French’ zou de achternaam zijn van de eerste persoon die ooit z’n tanden zette in deze van vleesjus druipende sandwich. Maar ook dat is niet zeker.
Even simpel als geniaal: brood + vlees + jus.
Wel zeker is dat-ie even simpel is als geniaal, met slechts drie ingrediënten: rundvlees, jus en een baguette of French roll – dus toch nog iets Frans. Maar door het rundvlees is-ie meteen ook wel challenged qua duurzaamheidsgehalte. Want de koe is nu eenmaal een klimaatschenner van jewelste.
Upmarket nose-to-tail dip
De oplossing? Upmarket nose-to-tail French dips. Misschien nog wel lekkerder ook. Zoals een broodje kalfsnier met kalfskopjus. Dat willen wij hier ook wel. Met net als in NYC natuurlijk frieten on the side. En/of – zoals bij Rider in Brooklyn – beenmerg en mierikswortel.