7x dit gebeurt er in de horeca wat je niet wilt weten
Altijd leuk als horecapersoneel uit de school klapt. Van rare drankverzoeken aan sommeliers tot wat ze zelf snacken na sluitingstijd. Ditmaal vertellen ze over de dingen die je liever niet wilt weten, maar echt allemaal gebeuren, in de horeca. Om hun werkgever (en zichzelf) te beschermen delen ze hun ervaringen anoniem.
Doodgeslagen biertje
“Als barman maak je genoeg rare dingen mee. Maar het meest verbazingwekkende was wel toen mijn bedrijfsleider twee bier nodig had en die andere, inmiddels doodgeslagen biertjes op de bar zag staan en geen moment twijfelde. Hop, twee vingers erin, even roeren en ze waren weer tot leven gewekt. Vervolgens nam hij ze mee en zette ze gewoon bij de gasten op tafel.”
Hergebruikte kipsaté
“Horeca-eigenaren zitten nou eenmaal op hun centen en willen daarom het liefst zo veel mogelijk hergebruiken. De baas van het Chinese restaurant waar ik werkte nam dat hergebruiken wel héél serieus. Alles wat van de tafel terug kwam, ook waar al van gegeten was, moest met alle zorgvuldigheid worden gesorteerd. Zo moesten we de ‘nog bruikbare’ kip van de satéstokjes schrapen en ook de saté-prikkers werden gerecycled. Even de kiprestjes losweken in het conservenblik gevuld met een laagje water. Daarna werd er met de geweekte stokjes en de overgebleven stukjes kip weer ‘nieuwe’ saté gemaakt.”
Halve tosti’s
“Van continue bezig te zijn met eten krijg je nou eenmaal trek. Niet alleen de bediening snaaide regelmatig een frietje hier en daar, maar ook de koks hadden zo hun eigen tactiek. Tijdens de lunch werden de tosti’s express in een groot en klein stuk gesneden. Om daarna nog een reepje van het grote stuk af te snijden zodat ie precies even groot was als de ander. En dat reepje? Dat aten de koks zelf op.”
Kakkerlakje?
“Midden in de stad een bekend probleem: kakkerlakken. Ook bij ons waren de kakkerlakken letterlijk dying in the kitchen. De gestapelde kopjes boven op de koffiemachine waren schijnbaar de perfecte, lekkere warme verblijfplaats. Een paar minuten na het laatste kopje te hebben ingeschonken kwam er een vrouw naar de bar gelopen en zei, verbazingwekkend kalm: “ik weet niet precies wat het is, maar dit zat in mijn mond toen ik een slok van de koffie nam”, waarna ze haar hand open vouwde en er een stukje kakkerlak tevoorschijn kwam. Ik heb mijn excuses wel duizend keer aangeboden. Waarop ze doodgewoon antwoordde: “ah joh, ik heb jarenlang bij de buren gewerkt, dus ik ben het wel gewend.” Ik kan het na al die jaren nog steeds niet geloven”.
De frituurmuis
“In Amsterdam kijken we tegenwoordig niet meer op van muizen. Elke dag rende er wel eentje door het restaurant. Regelmatig had ik ochtendshift en moest ik de zaak opstarten. Op een dag klikte ik het licht aan in de keuken waarna mijn oog op iets bewegends in de frituur viel. Terwijl ik er naartoe liep trok een muis zich met pijn en moeite uit het vet en rende weg. Ik heb nooit meer iets uit de frituur gegeten.”
3 seconden regel
“Tijdens het uitserveren is er wel eens een kroket van het bord gerold en op de grond gevallen. Ik twijfelde even, maar na snel gecheckt te hebben of iemand het misschien gezien kon hebben, legde ik de kroket gauw weer op het bord. En geloof me, ik ben echt niet de enige die dit wel eens is overkomen.”
Zweetdruppels
“In de zomermaanden was het qua temperatuur niet te doen in de keuken, zo heet. Zo stond de thermometer ooit een keer op 41 graden. Je begrijpt dat het zweet letterlijk o-ve-ral vandaan gutste. Toen ik voorovergebogen, in opperste concentratie, de eendenleverkrullen bovenop de carpaccio legde, vielen de druppels zo, van mijn voorhoofd, op het bord. En nee, dan ga je dus geen nieuw bordje maken.”
Lees ook: