Bizar: in Nederland bakken we massaal in olijfolie van rotte olijven
De Keuringsdienst van Waarde weet ons altijd te choqueren met bizarre misstanden in de voedselindustrie. Een van de laatste afleveringen gaat (weer) over olijfolie. Wat blijkt dit keer? Dat we hier in Nederland massaal olijfolie van rotte olijven in onze pan gooien. Ik weet het, dat is choquerend nieuws. Maar het verhaal erachter is nog heftiger. Want we worden dus écht gigantisch genaaid als het op olijfolie aankomt.
Extra vierge olijfolie, traditionele olijfolie, klassieke olijfolie, milde olijfolie, olijfolie voor koud gebruik, olijfolie voor warm gebruik… Je ziet in de supermarkt door de olijfbomen het bos niet meer. Als de presentatoren van de Keuringsdienst van Waarde hun bekende belrondje doen, blijkt dat veel woordvoerders het ook allemaal niet zo goed weten. ”Extra vierge is gewoon extra sterk van smaak, denk ik” en ”Met de klassieke zit je gewoon altijd goed” horen we ze zeggen. Eén woordvoerder komt ook maar niet op het woord ‘extra vierge’. Nee, dat we in Nederland behoorlijk onwetend zijn als het op olijfolie aankomt, dat blijkt.
Spaanse olijfolieboer: de expert
In Zuid-Europa weten ze ons er meer over te vertellen. Presentator Ersin reist af naar Spanje en spreekt daar met olijfolieboer Alfonso Raez. Tussen de olijfbomen, op een heuvelachtige olijfgaard (ik wil NU een ticket naar Spanje boeken) spreken ze over olijfolie. Over hoe het nou komt dat er zoveel verschillende olijfoliesoorten zijn. En wat blijkt: het verschil zit ‘m in waar de olijf vandaan komt. Niet per se of ze nu uit Spanje, Italie of Griekenland komen, maar waar ze zich op de olijfgaard bevinden.
Virgin vs. verrot
Daar, in het sprookjesachtige olijvenlandschap, komt de aap uit de mouw. Alfonso vertelt dat de olijven aan de boom gebruikt worden voor extra vierge olijfolie. Dat zijn ‘maagdelijke olijven’, ”Like touched for the very first time”, zoals Ersin zegt. Ze worden binnen 24 uur na het plukken verwerkt tot olijfolie, anders mag het geen extra vierge olijfolie heten. Deze olijven zorgen dus voor olijfolie van de beste kwaliteit. Maar dan komt het schokkende. Want van de olijven die op de grond zijn gevallen, wordt ook olijfolie gemaakt. Dat is toch juist goed tegen verspilling, denk je misschien. Ja, maar bedenk je ook even dat daar wormen aan zitten. En vogels. En allerlei ongedierte. En dat een hele hoop van die olijven rot zijn, en dat jij olie van zulke olijven dus in je pan gooit om lekkere pasta mee te maken.
Ongelofelijk hard bewerkt
Die ‘rotte’ olijfolie, dat is nóóit extra vierge olijfolie. Het is wel olijfolie waar bijvoorbeeld ‘mild’ of ‘klassiek’ op de verpakking staat. Als je weet wat er met die olijfolie gebeurt… Daar schrik je van. Die olie wordt namelijk ongelofelijk hard bewerkt in raffinaderijen. Het wordt (achtereenvolgens) gezuiverd, geneutraliseerd, gewassen en gedroogd, gebleekt, eventueel gewinteriseerd (dat zorgt ervoor dat de olie helder en vloeibaar blijft), gedeodoriseerd (daardoor verwijderen ongewenste geuren en smaken) en gefilterd. Kun je het bijhouden? Je herkent er zowat geen olijf meer in, in geraffineerde olijfolie.
Van lampenolie naar consumeerbaar goedje
Ongeraffineerde olie van ‘grondolijven’ – waar dus een hoop rottigheid tussen zit – is net diarree. Aldus presentator Ersin. Het ziet er inderdaad uit als diarree en zo smaakt het blijkbaar ook. Ersin gaat over zijn nek als hij het proeft. Maar is de olie eenmaal geraffineerd, dan blijft er bijna niets over van het product. Het smaakt nergens naar, is kleur- en geurloos en er zitten bijna geen gezonde stoffen meer in. Door het raffineren verdwijnen namelijk onverzadigde vetten, antioxidanten en vitamine E. Opmerkelijk feitje: ongeraffineerde olie werd vroeger gebruikt als lampenolie. Je krijgt dus eigenlijk lampenolie binnen die is omgetoverd tot consumeerbare olie. Proost.
We worden genept…
Hoe langer je naar de Keuringsdienst van Waarde-aflevering kijkt, hoe meer je erachter komt dat je genept wordt. Zo ontdekken we dat producenten aan geraffineerde olijfolie een percentage extra vierge olijfolie toevoegen, om de olie toch nog een beetje een olijfoliesmaak en -geur te geven. Bizar: er moet tussen de 2 en 5% extra vierge olijfolie in zitten, anders mag de producent geen ‘olijfolie’ op de verpakking zetten. Huh?!
Het idee dat we niet mogen bakken in extra vierge olijfolie, blijkt ook klinkklare onzin. Presentatrice Marijn Frank belt met Wilma van Grinsven-Padberg, een professioneel olijfolieproever. Zij vertelt: ”Vroeger werd de olijfolie gemaakt met grijze molenstenen. Resten van pitten en schillen bleven in de olie zitten, en die verbrandden. Dat maakte het toen gevaarlijk om ermee te bakken. Maar tegenwoordig is alles gefilterd en kun je dus prima bakken in extra vierge olijfolie.” Dat beaamt ook Francesco Rubino, een Italiaanse chef bij wie Marijn op bezoek gaat. Hij bakt alleen maar in extra vierge olijfolie en snapt niet waar die rare Hollandse fabel vandaan komt.
…en genaaid
Dan het laatste zetje wat je écht doet overtuigen om nooit meer voor milde, klassieke of traditionele olijfolie te gaan: ze zijn duurder dan extra vierge olijfolie. Ja, echt. Het gaat om een paar cent, maar je dokt dus gewoon meer voor rotte troep dan voor échte kwaliteit. Medewerkers van een olijfolieraffinaderij, die Ersin in de aflevering spreekt, kunnen dat maar niet geloven. ”Alsof je een een Dacia verkoopt voor de prijs van een Mercedes”, zegt een van de fabrikanten terecht. Ook Alberto Lopez Silvosa, een Spaanse chef die Marijn spreekt, vindt het een bizarre situatie. ”Jullie worden heel vaak genaaid, omdat jullie geen olijfoliecultuur hebben.”
Conclusie: laat die vette onzin-olies gewoon staan en kies voortaan voor extra vierge. Laat je niet meer naaien. Jij weet wel beter.
Lees ook:
- Olijfolie bij het pastawater, feit of fabel?
- Celstraf voor Grieken die zonnebloemolie als olijfolie wilden verkopen
- Keuringsdienst van Waarde checkt: zo zit het met plakken supermarktkaas (en het is niet best)
Bron: Keuringsdienst van Waarde