Food stories

Zo maak je de ultieme baka bana

Knapperig, zacht, zoet, hartig en pittig, allemaal tegelijk: baka bana is een van mijn favoriete Surinaamse snacks. Heerlijk au naturel maar nóg lekkerder met pindasaus. Ik haal ‘m meestal bij de toko, maar hoe maak je hem eigenlijk zelf? Ik vroeg het niemand minder dan sterrenchef Soenil Bahadoer.

Foto van culinair journalist Jara Goeijenbier

Soenil, chef van restaurant De Lindehof, is een meester in de Surinaamse keuken. Dat bewees hij ons al eerder met zijn Bara’s van Bahadoer, dus leek hij ons de persoon bij uitstek om te vragen naar dé trucs voor de ultieme baka bana.

Favoriete snack

En wat blijkt? Ook van hem is het een favoriet. “Als ik denk aan baka bana, denk ik aan gezelligheid. Als de baka bana op tafel komt bij een feest, wordt iedereen blij. Ik maak ze weleens op de zaak, tijdens het bakken eten we ze dan al op. Ook eet ik ze weleens op de bank met mijn kinderen. Het is zeker één van mijn favoriete snacks”, vertelt Soenil.

Crispy

“Een goede baka bana moet rijk van smaak zijn met een crispy korst van buiten en zachte, zoete banaan van binnen. En dan opeten met pindasaus.”

Goudbruin

En hoe je het dan thuis zelf maakt? “Je gebruikt een rijpe bakbanaan. Als de bananenschil bijna zwart is, weet je dat de banaan mooi rijp is. Deze snijd je in de lengte door in plakken. Je maakt een beslag van bloem en eiwit, zo heb ik het geleerd van mijn moeder. Je haalt de banaan door het beslag heen. Hierna bak je de baka bana in een pan met een laag zonnebloemolie. Wordt de buitenkant goudbruin? Dan is ie klaar en kun je hem eruit halen.”

Serveer de baka bana met pindasaus, en smullen maar.

Lees ook:

Geen foodnews Missen?

Ontvang een update in je inbox