Onderzoek: eten uit een bowl is lekkerder
Pokébowls, smoothiebowls, Buddhabowls, burritobowls: noem iets en het komt in een kommetje. Waarom? Omdat het lekkerder is. En wel hierom.
Aten we vroeger hooguit cornflakes en soep uit een kom, tegenwoordig gaat alles in een kom. Dan noem je het alleen plotseling geen kom meer, maar een bowl. Daar kan je je (zoals Emma) aan ergeren, maar wat ik me vooral afvraag is: waarom eten we plots alles uit een kom?
De Hollandse drie-eenheid aardappelen-groente-vlees ligt altijd keurig gescheiden op een bord, jus apart want guttegut, je zal eens iets mixen. Daar heb je immers al stamppot voor. Overigens ook steevast geserveerd op een bord.
Paupervoer
Voedselhistorica Helen Zoe Veit legt in online magazine Quartz uit hoe dat komt. Lang verhaal kort: eten uit een kom werd in de twintigste eeuw geassocieerd met eten voor arme mensen (stoofjes, bonen en prutjes waar je restjes in kwijt kan) en niet-geassimileerde immigranten en hun – voor ons nog – onbekende keukens. Terwijl het eten van meerdere gangen en het gebruik van verschillend servies voor verschillende voedselgroepen werd gezien als een teken van rijkdom.
Tijdsgeest
Tijden veranderen en inmiddels is eten uit een kom hipper dan hip. En heus niet alleen door de #instafactor. Kommen vol groenten, granen, geroosterde pompoen en stukjes tofu of kip passen nu eenmaal helemaal in de huidige vegan en gezondheidstrend. En laten we wel wezen: in een kom ziet het er lekker uit, los op een bord hopeloos verloren.
Bovendien: het klínkt ook gewoon lekker. Neem een burritobowl. In feite is dat niets meer dan de inhoud van een burrito op een kom rijst geflikkerd. Maar als je het een een tortillaloze burrito zou noemen, klinkt het een stuk minder aantrekkelijk. Een burritobowl klinkt weelderig, overdadig, substantieel.
Lekkerder
Raken we meteen een héél belangrijk punt van waarom eten uit een kom lekkerder is. “Nog voordat je gaat eten, vormt je brein een set aan verwachtingen van hoe het zal smaken. Licht, muziek, servies: het heeft allemaal invloed,” legt psycholoog Charles Spence in Quartz uit.
“Een kom pak je op, je voelt hoe zwaar het is en je ruikt het van dichtbij. Daarmee wordt de verwachting gecreëerd dat je een vullender, gezondere, smaakvollere maaltijd naar binnen krijgt dan wanneer datzelfde hoopje voer op een bord ligt,” aldus Spence.
Betere wereld
De professor durft zelfs nog een stapje verder te gaan: volgens hem kan eten uit een kom ervoor zorgen dat de wereld ietsjes fijner voelt. “Uit onderzoek blijkt dat als je iets warms in je hand houdt, de wereld er ietsjes beter uitziet. Dus als je een warme kom vasthoudt, zou dat effect ook kunnen optreden.”
Lees ook: