Tips & tricks

6 regels voor de lekkerste snaaiplank: je verdient het!

Een restje vleeswaren, wat kontjes brood, een paar verdwaalde Skittles en die appel die nu echt gegeten moet worden: zomaar wat voorbeelden voor op De Snaaiplank. Tuurlijk, je mag het ook een borrelplank noemen, want we zijn relaxte types. Maar dat is het eigenlijk niet! Wat dan wel?

 

Foto van culinair journalist Delilah Warcup - van Eyck

Nou, bij de borrelplank zou je wellicht een borrel schenken, zoals een onvolprezen rum-cola. Maar de snaaiplank is juist bedoeld om gewoon de hele dag een beetje van te snaaien, van ’s ochtends tot ’s middags. (Tot het tijd is voor de borrelplank.)

Het idee erachter? Dat je nog steeds zo min mogelijk de deur uit bent gegaan om te winkelen, en dus vaak wat restjes te verwerken hebt voordat je weer boodschappen gaat doen. En dat het zomaar kan zijn dat je heel veel dagen thuis zit te werken achter je computer, en het zat bent om elke twintig minuten naar de ijskast te stiefelen om te kijken wat je nou weer in je mond gaat proppen. Kaders mensen, dat is wat we nodig hebben. En perspectief. En het vooruitzicht op deze plank biedt een uitstekend perspectief! En dit zijn de regels, zoals Amanda Mitchell ze voor foodsite Bon Appétit schreef:

Regel 1: Er zijn (vrijwel) geen regels

Doe wat je wil! Als chaos je vriend is, is een snaaiplank je bestie. Het enige wat je nodig hebt is een beetje van alles. Dus een pittig kaasje (we love Appenzeller®), wat frisse druiven, überhaupt al het fruit waar je zin in hebt, een paar plakjes ham of wat restjes pulled malse kipfilet, wat zoute stengels (ook al zijn ze mega slecht wat betreft buikvet), een handje noten, en natuurlijk mogen die verdwaalde M&M’s er ook bij.

Regel 2: Dit noemen we géén charcuterieplank

Charcuterie is een categorie op zich. Fijne, mooie vleeswaren, die niet veel meer nodig hebben dan wat cornichons en misschien wat goed brood met de lekkerste boter. De beste charcuterieplank bouw je zo, en we spreken af dat daar nooit verdwaalde M&M’s op mogen.

Regel 3: In je eentje is het ook een feestje

Een borrelplank kan je natuurlijk ook altijd voor jezelf maken, maar het idee daarachter is er toch meer een van delen. Zodat je dan samen proost en een borrel drinkt op wat dan in godsnaam nog maar leuk is in het leven, of gewoon dat je het al negen maanden volhoudt in die stomme lockdown. Maar een snaaiplank hoef je zeker niet te delen. Je kan hem gewoon ’s ochtends maken, binnen handbereik houden en wanneer het jóu maar gerieft iets er vanaf snaaien.

Regel 4: Werk met wat je hebt

Boodschappen gaan doen voor je snaaiplank is nou juist níet de bedoeling. Dan kan je net zo goed gewoon alles in huis halen voor een frozen margaritataart, of een kom dampende ramen noedelsoep. Dat gingen we nu niet doen. Wees creatief, en doe het met wat je al in huis hebt. Vandaar dat al die rare restjes en chippies en snoepjes er ook op mogen, en alles om je groentela uit te ruimen!

Regel 5: Het mag er leuk uitzien, maar niet te

Een kaneelstokje met een lintje eromheen kan je niet opeten. En een halve struik rozemarijn ook niet, en een boho-hippe bloem in een handgeblazen vaasje ook niet. Dus horen ze niet op jouw snaaiplank. Bewaar ze maar voor wanneer je de tafel gaat dekken voor die kerst met drie gasten.

Regel 6: Vermijd de grootste stinkerds en kruimelaars

Als je je opsluit in de werkkamer/bezemkast met je snaaiplank, om zoals eerder gezegd tijdens het thuiswerken de hele dag al dat lekkers binnen handbereik te hebben, wil je jezelf niet verstikken in blauwe kaaslucht. Daar zijn weer andere momenten voor. En crackers die al verkruimelen als je ernaar kíjkt zijn ook niet handig boven je toetsenbord. Waar die dus horen? Op de borrelplank! Probeer hier juist te zorgen voor handige, handzame stukjes die je zo in één keer naar binnen kan schuiven. Enjoy!

Lees ook:

 

Bron: Bon Appétit

 

Geen foodnews Missen?